EENENDERTIGSTE VERSCHIJNING

"Degenen die aan de voet van het Glorierijke Kruis berouw zullen tonen, zal Ik doen verheven in de Geest van Mijn Vader."

Vrijdag 30 mei 1975 in de kapel te 15 uur

Hier is het Licht.

Jezus verschijnt vóór mij; Zijn blik vertoont uiterste goedheid. Hij zegt me :

"Zeg aan de priester dat de tijd nu voorbij is toen Ik de lichamen deed herleven, maar de tijd is gekomen om de Geesten te doen herleven. Wie in de wereld van nu beweert dat hij de lichamen in Mijn Naam kan genezen en doen herleven, is Mijn Vader in de Hemel niet waard (11).

Magdalena, ga naar Dozulé en verspreid Mijn Boodschap.

Die taak die Ik U vraag te vervullen, moet U vervullen. Wees niet bang. Ik zal U de kracht geven."

Jezus glimlacht naar mij en vervolgt :

"Deze stad werd door Mijn Vader gezegend en al degenen die aan de voet van het Glorierijke Kruis berouw zullen hebben, zullen in de Geest van Mijn Vader herleven. Zij zullen er Vrede en Vreugde vinden."

Dan kijkt Jezus ernstig naar mij en zegt :

"De eerste non die U de kus zal geven bij het doorgeven van de Boodschap, zal de woorden die uit uw mond komen niet geloven. Ze onderschat U. Neem U haar niet kwalijk. Wees liefdadig."

Dan verdwijnt Jezus.

 

tweeendertigste verschijning

"Zeg aan de Zuster zo vriendelijk te zijn op vrijdag hier te komen."

Vrijdag 27 juni 1975 te 15u15

Ik stond op het punt te vertrekken. Dan verscheen het Licht - en Jezus, vertoonde zich zoals gewoonlijk.

Jezus stak zijn rechter hand naar mij uit; de andere hing langs Zijn lichaam.

Hij glimlachte naar mij en zei :

"Vraag aan de non die niet in deze stad woont, zo vriendelijk te zijn op vrijdag hier te komen. Laat haar iets meenemen om te schrijven. Door uw mond zal ik haar een boodschap doorgeven."

Dan glimlachte Jezus even naar mij en verdween.

drieendertigste verschijning

"Deze brief richt zich tot het hoofd van de Kerk..."

"...U, hoofden van de Kerk, voorwaar Ik zeg het U, het is door dit Kruis in de wereld opgericht dat de volkeren gered zullen worden."

Vrijdag 4 juli 1975 te 15u15.

Meneer Pastoor had pas een derde tientje van de rozenkrans aangekondigd.

Plotseling verscheen het Licht; Jezus keek naar mij, dan naar Zuster Jeanne d'Arc en zei me :

"Zeg dit luidop. Hier is wat de non moet neerschrijven: deze brief is bestemd voor het hoofd van de Kerk. Die wordt U gedikteerd door Jezus van Nazareth door bemiddeling van Zijn Dienares. Hij zegt :

Zalig zijn Mijn Vaders geroepenen die Vrede en Vreugde in dit land van Dozulé hebben gevonden, maar hoeveel groter zal het aantal zijn wanneer de hele wereld zich zal komen berouwen aan de voet van het Glorierijke Kruis, dat Ik U vraag te doen oprichten.

Want de tijd is voorbij dat Ik de lichamen deed herleven, maar de tijd is voor mij gekomen om de Geesten te doen herleven.

Begrijpt dit goed : tijdens de dagen die aan de Zondvloed voorafgingen, vermoedden de mensen niets tot aan het losbreken van de zondvloed die ze allen meesleepte. Maar nu bent U gewaarschuwd; U beleeft de tijd toen Ik U zei :

Er zullen op deze aarde allerlei hevige beroeringen zijn : het Onrecht dat de oorzaak is van armoede en hongersnood, volkeren die in angst zullen leven, verschijnselen en tekens in de hemel en op aarde. Dus, maakt U zich klaar, want de Grote Beproeving nadert, zoals het nooit is geweest sinds het ontstaan van de wereld tot heden en zoals er nooit meer zullen zijn.

Dit zeg Ik U : deze jonge generatie zal niet voorbijgaan voordat het gebeurt. Maar wees niet bang want hier rijst in de hemel het teken van de Mensenzoon dat Magdalena van Oost naar West heeft zien schitteren.

U, Hoofden van de Kerk, voorwaar, Ik zeg het U : door dit op de wereld opgerichte Kruis zullen de volkeren gered worden.

Mijn Vader heeft Mij gestuurd om U te redden en de tijd is nu gekomen dat Ik in de mensenharten Mijn Barmhartigheid moet uitstorten."

Jezus sprak zachter en daarom herhaalde ik het niet luidop :

"Mijn Boodschap moet niet in de duisternis van een lade achter blijven, maar het moet Waarheid en Licht voor de hele wereld worden."

Dan weer luidop :

"Dit Glorierijke Kruis moet vóór het einde van het Heilige Jaar opgericht worden.

Dit Heilige Jaar moet verlengd worden tot de oprichting van het Glorierijke Kruis."

" Zo eindigt Mijn Boodschap. Ik beveel U ze zelf aan het Hoofd van de Kerk te overhandigen, in aanwezigheid van een Overste."

Dan verdwijnt Jezus.

Zuster Jeanne d'Arc heeft de hele Boodschap neergeschreven, zoals Jezus het haar gevraagd had.

Hij heeft ze zo traag gedikteerd dat ze tijd genoeg had om het te noteren.

Ze wacht nu op het bevel van Monseigneur om die naar de Heilige Vader over te brengen.

 

vierendertigste verschijning

"U, priesters en zusters, die met de Boodschap belast zijn, laat de mensheid niet verloren gaan."

Vrijdag 19 september 1975

Vandaag moeten Moeder-Overste van Blon en Zuster Jeanne d'Arc om 16 uur een onderhoud met Monseigneur hebben.

Ik ben zoals elke vrijdag naar de kapel gegaan; dan zie ik Zuster Marie-Marguerite die me zegt : "De afspraak met Monseigneur is om 16 uur." Ik ben dan vertrokken en om 16 uur teruggekomen om een tientje van de rozenkrans te bidden voor het onderhoud.

Na dit tientje, dat Jezus mij heeft laten beëindigen, zag ik het Licht boven het Tabernakel, zonder dat iemand verscheen. Ik hoorde een stem die me zei :

"Zeg aan de priester, aan de zusters en aan twee personen die de Boodschap kennen, om 17u30 hier te komen."

Dan verdwijnt het Licht.

Ik kom om 17u30 naar de kapel terug. Zijn aanwezig de drie Zusters, Meneer Pastoor en twee personen, Mw T. en Mw G., die de Boodschap kennen en die door de Zusters gekozen zijn.

Op het vastgestelde uur verschijnt het Licht; dan vertoont Jezus zich met zijn beide handen naar mij uitgestrekt.

Hij heft zijn rechter hand op, alsof Hij mij wil zegenen, de wijsvinger en de middelvinger wat hoger, en Hij zegt :

"Dat de Vrede met U zij."

" Maak het Kruisteken." (Ik doe het.)

Dan kruist Jezus zijn handen ter hoogte van Zijn borst, kijkt ernstig en droevig naar de hemel op, en zegt :

"Vader, dat Uw Wil geschiede op deze aarde."

Zijn blik was vol droefheid; zo bleef Hij een ogenblik staan, nam dan opnieuw zijn normale houding aan en zei me :

"Zeg dit luidop" :

Dan kijkt Jezus naar de aanwezigen.

Ik herhaal elke zin die Hij mij dikteert.

"U, priesters en zusters, die belast zijn met de Boodschap, laat de mensheid haar ondergang niet tegemoet gaan. Ik heb U gevraagd te handelen om het Glorierijke Kruis te doen oprichten. Merkt U niet dat de tijd aangebroken is vanwege al de verschijnselen die eruit ontstaan ? Want de tijd verloopt terwijl Mijn Boodschap onaangeroerd blijft.

Als dat zo is, zal het aantal geredden klein zijn. Maar voor U, die het Woord van Mijn Vader niet uitvoeren, zal de bestraffing groot zijn. Want volgens het aantal geredden zult U geoordeeld worden.

Gebruikt niet de wijsheid en de overweging als middel, maar luister naar de ernst van de Boodschap. Want met die Boodschap wil God de wereld redden.

Weest niet zoals de Joden die naar tekens vragen.

Met deze enige en definitieve Boodschap die God aan zijn

dienares heeft gegeven (de woorden die uit haar mond zijn gekomen zijn geen mensenwoorden), met deze door de Geest onderwezen woorden, is de tijd gekomen dat Ik in de mensenharten Mijn Barmhartigheid moet uitstorten. Maar degenen die met de Boodschap belast zijn weten wel degelijk dat zij Mij daartoe beletten, aangezien ze de wereld in de onwetendheid laten.

Vergeet niet, de dagen zullen wegens de verkozenen ingekort worden, maar wee, degenen die het Woord van God niet uitvoeren."

Dan zegt Jezus me :

"Doe uw schoenen uit, ga dan naar buiten en loop totdat uw voeten de aarde voelen. Kom dan terug."

Ik doe wat Jezus me vraagt.

Als ik opnieuw vóór Hem geknield ben, zegt Hij me :

"Deze aarde van Dozulé die mijn Vader gezegend en gewijd heeft, zijn wij niet waardig te betreden."

Dan wordt het gezicht van Jezus opnieuw stralend van goedheid en zachtheid; Hij glimlacht naar mij en zegt mij de woorden die ik luidop herhaal :

"Ik ben de God van Goedheid en Liefde. Mijn Barmhartigheid is eindeloos. Als mijn woorden vandaag wreed zijn, is het niet om U te veroordelen. In tegendeel Ik wil met Mijn Boodschap de wereld redden."

Dan verdwijnt Jezus.

Ongetwijfeld was dit het antwoord van Monseigneur aan de twee Zusters ; Hij vroeg hun tekens op hetzelfde ogenblik, om hetzelfde uur ; Monseigneur vroeg wijsheid en overweging.

Jezus antwoordde Dozulé, met droefheid.

 

vijfendertigste verschijning

"... In dit leven zal Satan over hen geen macht meer hebben."

Vrijdag 5 december 1975 te 18u45

Het was bijna tijd voor het lof. De kleine kapel was vol. Ondanks het groot aantal aanwezigen is mijn vreugde zo groot wanneer ik het Licht merk, dat ik me niet kan weerhouden te roepen :

"Ziedaar het Licht."

Ik stond op en ging vóór het Heilig Sakrament staan.

Meteen verschijnt Jezus, Hij glimlacht en strekt de handen naar mij uit om mij te verwelkomen.

Deze onuitsprekelijke zachtheid is zo mooi. Ik heb alleen nog ogen voor de Jezus van Liefde; ik voel mij niet meer in de kapel. Er bestaat niets meer; ik denk nergens aan; ik voel mijn lichaam niet meer. Ik denk dat het levensloos is, dat alleen mijn geest verenigd is met die van Jezus. Als men dood is, denk ik dat men zoiets aanvoelt.

Jezus zegt mij :

" Zeg luidop wat U zult zien."

Dan brengt Jezus Zijn Hand op Zijn borst.

Ik moet zeggen wat ik zal zien want Jezus vraagt het mij.

Ik zeg dus luidop :

"Met zijn linker hand verwijdert Jezus Zijn kleed van Zijn Borst... (Jezus glimlacht naar mij en zegt : "van Zijn Hart" ; ik herhaal dus luidop)... Uit Zijn Hart schitteren rode en witte stralen. Zijn rechter hand is naar ons uitgestrekt."

Ik herhaal elke zin die Hij mij met zoveel zachtheid dikteert :

"Mijn Hart brandt, Het staat in vuur", zegt Jezus.

"Meer dan ooit wil Ik ze naar ieder van U uitstorten.

Ziehier wat Ik aan de hele mensheid beloof (11) als ze Mijn Boodschap zal kennen en in praktijk zal omzetten :

- Ik zal de bitterheid verzachten waarin de ziel van de zondaars gedompeld is.

- Ik zal de ziel van de priesters en zusters met veelvuldige genaden vervullen want zij is het die Mijn Boodschap zal openbaren.

- Ik zal de vrome en trouwe zielen in mijn Hart bewaren; zij hebben Mij aangemoedigd op de Kruisweg.

- Ik zal de uitstraling van Mijn Genade naar de heidenen richten en naar al degenen die Mij nog niet kennen, op het ogenblik dat zij Mijn Boodschap zullen vernemen.

- Ik zal de ziel van de ketters en afvalligen tot de Eenheid van de Kerk aantrekken.

- Ik zal in het binnenste van Mijn Hart de kinderen en de onderdanige zielen ontvangen, opdat zij een bijzondere genegenheid zullen bewaren voor onze Hemelse Vader.

- Ik zal allerhande genaden verlenen aan degenen die, Mijn Boodschap kennend, tot het einde zullen volharden.

- Ik zal de zielen in het Vagevuur ondersteunen; Mijn Bloed zal hun brandwonden helen.

- Ik zal warmte geven aan de meest verharde harten en de gevoelloze zielen, aan degenen die mijn hart het diepst kwellen.

- Aan degenen die aan de voet van dit Glorierijke Kruis boetvaardigheid zullen brengen en die elke dag het gebed zullen zeggen dat Ik hun onderwezen heb, beloof Ik dat in dit leven Satan geen macht meer over hen zal hebben en dat ze na een hele tijd schande, zuiver zullen worden en de zonen van God voor de Eeuwigheid zullen zijn.

Mijn Vader, wiens Goedheid oneindig is, wil de Mensheid redden die aan de rand van de afgrond staat. Met deze laatste Boodschap moet U zich voorbereiden. Denk eraan dat, wanneer U er niet meer in zult geloven, de Boodschap geschieden zal, want U kent noch de dag noch het uur waarop Ik in Glorie zal terugkomen."

Terwijl Jezus Zijn beloften dikteerde, kwamen rode en witte stralen uit Zijn Hart.

Dan nam Hij Zijn normale houding terug aan en zei me :

"Binnen twintig dagen zult U een noveen beginnen; ze zal eindigen op de eerste vrijdag van de maand. Ik zal U elke dag het gebed zeggen dat Ik U kom onderwijzen. Deze noveen zal het Heilige Jaar verlengen."

Ja, Jezus had mij "binnen twintig dagen" gezegd ; het was dus met Kerstmis 1975.

Deze twintig dagen heb ik in verwachting, gebed en stille ingetogenheid doorgebracht. Ik telde de dagen. Mijn vreugde was groot. Ik was als een jong meisje die op haar verloofde wacht na zijn vertrek en die twintig dagen later zal terugkomen.

O, mijn Jezus, wat was die verwachting aangenaam; ik zuchtte elke dag en telkens als een dag eindigde, dacht ik : "Er blijven maar zoveel dagen meer over" en ik dacht dat ik Hem binnenkort zou terugzien. Wat was die verwachting zacht, maar zo lang.

Dan kwam Kerstavond.

Voor ieder Christen is Kerstmis de geboorte van de Redder. Wat een wonderbare dag, die geboorte van deze Redder !

Maar wat was mijn vreugde groot op deze Kerstdag. De Redder zou mij een bezoek brengen ; ik voelde me zo verenigd met hem, deze Jezus van Liefde en Genade.

De Nachtmis was een echte Geboorte ; ik dacht aan de hele wereld, aan al die beproefden, die eenzamen, die ongelovigen; ik vroeg aan Jezus met hun mijn vreugde te delen, die vreugde die Jezus aan Zijn vrienden geeft, de geestelijke vreugde die mij tot in de hemel zou verheven hebben.

Ik heb de rest van de nacht, die stille Kerstnacht, niet kunnen slapen.

Bijna tweeduizend jaar vroeger had God op deze Kerstdag Zijn Zoon gegeven om ons allen te redden.

Op diezelfde Kerstdag kwam Jezus in de kleine kapel van Dozulé om aan ons al Zijn Goedheid, Zijn Genade en Zijn Beloften te geven.

O, wat was die Kerstdag van 1975 toch mooi !

 

ZESENDERTIGSTE VERSCHIJNING

"Een noveen" "Eerste dag"
"De mensheid zal geen vrede vinden zolang zij Mijn Boodschap niet zal kennen en ze niet zal uitvoeren."

25 december 1975 - Kerstmis - 15u15 - Eerste dag

Ik ben om 15 uur in de kapel aangekomen. Daar ik wist dat Jezus zou komen ,klopte mijn hart heel snel en kon ik moeilijk mijn adem bedwingen.

Ik wachtte ongeveer vijftien minuten die mij eindeloos leken.. Ik kon zelfs niet bidden zozeer ik gelukkig was.

Precies om kwart over drie (ik had pas het kwartier horen slaan in de kerk), zag ik de Lichtkring boven het Heilig Sakrament ; ik ben zoals gewoonlijk naar voren gegaan.

Op dat ogenblik klopte mijn hart niet meer zo snel ; ik had zelfs het gevoel dat het helemaal niet meer klopte, dat het leven uit mijn lichaam was weggenomen.

Ik knielde ; Jezus verscheen niet in het Licht maar ik hoorde een zware stem die me zei :

"God heeft tot de mensen gesproken. Dat degenen die met de Boodschap belast zijn, Zijn Stem horen. Wegens hun gebrek aan geloof zal de hele wereld grote rampen ondergaan die alle werelddelen zullen ontredderen..

Hetgeen U nu beleeft, is slechts het begin van de smarten.

De mensheid zal geen Vrede ervaren zolang ze Mijn Boodschap niet kent en in daden omzet."

Dan een ogenblik nadat ik dit gehoord en luidop herhaald had, is Jezus verschenen en zei me :

"Wil zo goed zijn gedurende 8 dagen achtereenvolgens hier te komen. U zult een noveen bidden die Ik U elke dag zal dikteren.

Mijn Vader, wiens Goedheid oneindig is, wil aan de wereld Zijn Boodschap laten kennen om de ramp te vermijden.

Meer dan ooit wil ik een golf van mijn Genade in al die wanhopige zielen uitstorten.

En ziehier wat Ik aan elk van deze zielen beloof, wanneer zij Mijn Boodschap zullen kennen en in daden omzetten."

Dan legt Jezus Zijn hand op Zijn hart; Hij verwijdert Zijn kleed en er komen rode en witte stralen uit Zijn hart. . De andere hand strekt Hij naar mij, naar U, naar de wereld uit.

Jezus zegt (en ik herhaal elke zin) :

"Op de eerste dag,

zal Ik de bitterheid verzachten waarin de ziel van de zondaars gedompeld is."

"Zeg met Mij : "Onze Vader" (Jezus zegt het heel zacht volledig met mij.)

Zeg drie keer : "Wees gegroet Maria" " (Ik zeg het alleen.)

Dan herhaal ik :

"Door Uw pijnlijk lijden, Heer, heb medelijden met ons en de hele wereld."

"Glorie zij de Vader in den Hoge; Vrede en Vreugde op aarde voor de mensen die Hij lief heeft."

Jezus zegt : "U zult dit elke dag zeggen", en verdwijnt.

 

ZEVENENDERTIGSTE VERSCHIJNING

"Tweede dag"
"Ik zal de ziel van de priesters en zusters met genade vervullen want het is door hen dat Mijn Boodschap gekend moet worden."

26 december 1975 te 17u15 - Tweede dag

Het Licht verschijnt, gevolgd door de Heer, net als de vorige dag.

Hij legt zijn linker hand op Zijn hart : er komen rode en witte stralen uit.

Zijn rechter hand is naar de wereld uitgestrekt.

Jezus heeft me niet gevraagd te herhalen maar ik zag dat Hij na elke zin wachtte tot dat ik ze op mijn beurt zou herhalen.

. "Op de tweede dag,

zal Ik de ziel van de priesters en zusters met genade vervullen want het is door hen dat Mijn Boodschap gekend moet worden."

Jezus zegt "Onze Vader" en alleen ga ik verder met het gebed. Dan vraagt hij :

"Zeg drie keer : "Wees gegroet Maria" ", dat ik ook alleen zeg.

Dan gaat Jezus verder en ik herhaal :

"Door uw pijnlijk lijden, Heer, heb medelijden met ons en met de hele wereld.

Glorie zij de Vader in den Hoge ; Vrede en Vreugde op aarde voor de mensen die Hij lief heeft."

Jezus trekt Zijn linker hand terug, strekt zijn beide handen naar mij uit ; hij glimlacht en verdwijnt.

 

ACHTENDERTIGSTE VERSCHIJNING

"Derde dag"
"Ik zal de vrome en trouwe zielen in Mijn Hart dragen; want zij hebben Mij getroost op de Lijdensweg."

27 december 1975 te 17u15 - Derde dag

Vanuit mijn plaats zie ik het Licht zoals gewoonlijk verschijnen.

Als ik opsta, verschijnt Jezus met open handen naar mij uitgestrekt. Ik nader, kniel en groet Hem.

Dan komen rode en witte stralen uit Zijn Hart te voorschijn en Hij zegt :

"Op de derde dag, zal Ik de vrome en trouwe zielen in Mijn Hart dragen; want zij hebben Mij getroost op de Lijdensweg."

Dan zegt Jezus : "Onze Vader" en alleen ga ik verder met het gebed. Dan zegt hij :

"Wees gegroet Maria" en alleen zeg ik de drie 'Weesgegroetjes"

. Dan gaat Jezus verder :

"Door uw pijnlijk lijden, Heer, heb medelijden met ons en met de hele wereld.

Glorie zij de Vader in den Hoge; Vrede en Vreugde op aarde voor de mensen die Hij lief heeft."

Jezus vraagt me :

"Maak het Kruisteken", hetgeen ik doe, dan verdwijnt Hij...

De stralen die uit Zijn Hart komen moeten zich op alle berouwvolle zondaars verspreiden, evenals op al die mensen die Hem aanroepen.

 

NEGENENDERTIGSTE VERSCHIJNING

"Vierde dag"
"Ik zal de stralen van Mijn Genade over de heidenen en al degenen die Mij nog niet kennen laten neerkomen op het ogenblik dat zij Mijn Boodschap zullen kennen."

28 december 1975 te 17u15- Vierde dag

Vanuit mijn plaats zie ik het Licht. Meteen verschijnt Jezus met beide handen naar mij uitgestrekt. Hij glimlacht en zegt dan :

"Op de vierde dag."

Met deze woorden laat Jezus, zoals telkens met een traag gebaar van zijn linker hand, Zijn Hart zien. Meteen komen er rode en witte stralen uit. Hij strekt zijn rechter hand naar mij uit; de palm ervan is zichtbaar.

Dan herhaal ik wat Jezus me dikteert :

"Ik zal de stralen van Mijn Genade over de heidenen en al degenen die Mij nog niet kennen, laten neerkomen, op het ogenblik dat zij Mijn Boodschap zullen kennen."

Jezus zegt :

"Onze Vader". Het schijnt dat ik "Onze Vader" niet uitgesproken heb en ben verder gegaan met "Die in de hemel zijt."

Dan zegt Jezus :

"Wees gegroet Maria" en ik ben alleen voortgegaan. Het schijnt dat ik het gebed maar twee keer heb gezegd.

"Door uw pijnlijk lijden, Heer, heb medelijden met ons en de hele wereld."

Dan neemt Jezus Zijn linker Hand van Zijn Borst weg ; Hij reikt de handen vóór zich, richt zijn blik ten hemel en zegt luider :

"Glorie zij de Vader in den Hoge; Vrede en Vreugde op aarde voor de mensen die Hij lief heeft."

Jezus kijkt naar mij en zegt :

"Maak het Kruisteken" en Hij verdwijnt.

 

VEERTIGSTE VERSCHIJNING

"Vijfde dag"
"Ik zal de ziel van de ketters en de afvalligen aantrekken tot de eenheid van de Kerk."

29 december 1975 te 18u30 - Vijfde dag

Op die dag waren mijn kinderen thuis en ik kon om 17 uur niet naar de kapel gaan, zoals de andere dagen. Ik voelde mij overigens ook niet aangetrokken om er heen te gaan.

Mijn familie is vertrokken om 18 uur en plots om 18u30 zet iets me ertoe aan om naar de kapel te gaan.

Ik merkte het Licht toen ik binnenkwam en dan verscheen Jezus mij zoals gewoonlijk en zei :

"Op de vijfde dag."

De stralen komen uit Zijn Hart en ik herhaal elke zin :

"Ik zal de ziel van de ketters en afvalligen aantrekken tot de eenheid van de Kerk."

"Onze Vader..."

"Wees gegroet Maria..."

Jezus zegt het begin van de drie" Weesgegroetjes", misschien wegens mijn verzuim van een gebed, de vorige dag. Dan heb ik herhaald :

"Door Uw pijnlijk lijden, Heer..."

"Glorie zij de Vader ... Vrede en Vreugde..."

"Maak het Kruisteken." - "Ja."

Zijn handen zijn langzaam teruggevallen ; Hij heeft naar mij gekeken, geglimlacht en is dan verdwenen.